Deel 21, het geheim van de zonderling
Het eerste boek dat Paul helemaal zelf schreef.
Een spannend verhaal, waarbij alle Arendsoogelementen aanwezig zijn; vechtpartijen, achtervolgingen, ergens naar toe sluipen, net iets slimmer zijn dan de rest.
Details die mij opvielen:
- Er wordt in dit deel ook al veel uitgelegd. Dat haalt wel eens de vaart uit het verhaal.
- grappig: Witte Veder haalt een typische Witte Veder-streek( wordt zo letterlijk genoemd) uit. Dat komt volgens mij nooit meer terug in de andere boeken
- darky wordt vertaald als zwartje
- de titel van het boek dekt de lading niet. Misschien had de zonderling in een eerste opzet een grotere rol. Maar in het boek speelt de zonderling, als zonderling, eigenlijk nauwelijks een rol.
- door inderdaad de gedetailleerde en geloofwaardige omgevingsbeschrijvingen heb je het gevoel erbij te zijn en dat de schrijver er geweest is. Dat is heel knap.
-Arendsoog kan even goed sluipen als Witte Veder. In de latere boeken is Witte Veder daar veel beter in.
-Arendsoog wil Harrison afluisteren en daarom verbergt hij zich in een grote kist in het kantoor. Hij kan er gestrekt in liggen (hoe lang zou Arendsoog zijn?). Hij doet het uiteinde van zijn riem tussen het deksel en de rand, zodat hij lucht krijgt. Tot zover geheel geloofwaardig, al is het niet duidelijk wanneer hij die riem afdoet.
In de druk die ik heb, de 8e, staat er een tekening van deze situatie. Harrison en Jef zitten te praten met de kist vol in het zicht
. Het stukje riem dat uit de kist hangt, moeten ze duidelijk kunnen zien. Maar goed dat het gesprek hen zo bezig houdt....
- in dit deel spreekt Witte Veder ook slecht Nederlands in zijn eigen taal. Of beter: de 'vertaling' van wat Witte Veder in zijn eigen taal zegt, is krom Nederlands.
Groeten
Anne